Zeker met het prachtige lenteweer van nu is het heerlijk om naar buiten te gaan met je kindje. Ouders met een beperking pakken dit soms net even anders aan. Is dat net zo verantwoord?
Vastbinden of loslaten? Een vraag die bij veel ouders op komt zodra hun kleine zelfstandig kan lopen of fietsen. Ben je (deels) rolstoelgebonden, niet in staat om een sprintje te trekken of kun je je kindje niet zien, zoals ikzelf, dan ben je vaak nog bewuster hiermee bezig. Dit blijkt uit de vele vragen die voorbij komen in mijn contact met andere ouders met een handicap. Je wilt je kind de wereld laten ontdekken, maar tegelijk zijn veiligheid waarborgen. Dit maakt goede afwegingen extra belangrijk. Ben ik op bekend of onbekend terrein? Welke gevaren liggen op de loer?
Voor mij gold: hoe onbekender of drukker, hoe meer controle ik wilde hebben. In de winkels betekende dit lange tijd een polsbandje met telefoondraad tussen ons in. Of een knuffeltuigje met een lange staart, waarvan ik het uiteinde om mijn pols kon doen. In het openbaar vervoer zette ik nog tot zeker drie jaar de draagzak in als we moesten overstappen. Dan kon ik al mijn zintuigen richten op het vinden van de weg op het station. Voordeel daarbij is dat je dan sneller gaat dan met een kind aan de hand, dus bij kortere overstaptijden redde ik het ook gewoon.
In bekende omgevingen begon ik meer met loslaten. We monteerden kartonnetjes tussen de spaken van de loopfiets en ik verlengde de staart van het knuffeltuigje met een hondenriem. Eerst een gewone – en later zelfs een twee- of driemaal zo lange – flexlijn. Dit om te kunnen controleren of de gemaakte afspraken echt werden nagekomen. En ja, ik geef toe dat ik me best schaamde voor die actie en vooral hoopte dat niemand het zag. Aan de andere kant was dit voor mij de manier om juist voor veiligheid te zorgen.
Het zijn alleen de opmerkingen van anderen die je dan zo onzeker maken. Opmerkingen in de winkel als: Kijk wat zielig: die mag nooit loslopen. Of als je in het park loopt: durf je dat wel aan zo los? Die kleintjes zijn zo weg. Gelukkig kreeg ik ook andere reacties, waar ik wel heel blij van werd. Ik hoor een oma nog vragen waar ik dat super leuke tuigje vandaan had. Zo verstandig en leuk; dat wilde ze ook voor haar kleinkind halen. Of die bekende in het park die meteen zei: Ik houd de kleine wel even in de gaten terwijl wij kletsen. Die begreep dat ik met mijn oren niet op twee plaatsen tegelijk kon zijn.
Iets op een andere manier aanpakken is niet direct verkeerd. Een kindje in een tuigje is niet gelijk zielig, een moeder die meer moeite moet doen om haar kindje in de gaten te houden is niet direct onverantwoord. Kom jij een ouder tegen die het anders aanpakt dan jij? Probeer niet meteen te oordelen. Vaak zit er een heel goede reden achter. Vermijd het stellen van waaromvragen. Daar zit indirect al een soort verwijt in. Ben je oprecht geïnteresseerd, vraag dan: Wat maakt dat jij ervoor kiest om…? Of nog mooier: Ik zie dat je X doet, waarin helpt dat jullie?
Hoeveel manieren ken jij om je kindje te vervoeren, bij jezelf en anderen?